Blog
Op 14 maart 2023 heeft de Eerste Kamer de tijdelijke wet transparantie turboliquidatie aangenomen. Het is nog niet bekend wanneer de wet in werking treedt, maar de verwachting is dat dit op 1 juli a.s. zal zijn. De “oude” regeling voor de ontbinding van rechtspersonen zonder baten voorziet in een versimpelde vereffeningsprocedure, ook wel de turboliquidatie genoemd. De rechtspersoon houdt dan van rechtswege op te bestaan indien het op het moment van ontbinding geen baten heeft, terwijl het dan nog wel schulden kan hebben. Verantwoording over waarom er geen baten (meer) zijn, hoeft niet te worden afgelegd en schuldeisers hoeven niet te worden geïnformeerd over de ontbinding. Dit werkt misbruik in de hand en leidde tot de nodige kritiek. De tijdelijke wet transparantie turboliquidatie poogt hier verandering in te brengen, o.a. door meer transparantie te introduceren. Wat verandert er concreet na de inwerkingtreding van de tijdelijke wet transparantie turboliquidatie.
Bij een ontbinding van een rechtspersoon zonder baten dient het bestuur binnen 14 dagen na ontbinding de volgende stukken te deponeren:
- een balans en een staat van baten en lasten over het boekjaar waarin de rechtspersoon is ontbonden en het voorgaande boekjaar als er op het moment van ontbinding over dat jaar nog geen jaarrekening openbaar is gemaakt.
- een beschrijving van (i) de oorzaak van het ontbreken van baten, (ii) indien aan de orde, de wijze waarop de baten van de rechtspersoon te gelde zijn gemaakt en de opbrengsten zijn verdeeld en (iii) indien aan de orde, de redenen waarom een schuldeiser of schuldeisers geheel of gedeeltelijk onbetaald zijn gebleven;
- de jaarrekeningen van de boekjaren voorafgaand aan het boekjaar waarin de rechtspersoon is ontbonden.
Direct na deponering van voornoemde stukken dient het bestuur de schuldeisers over deze deponering te informeren.
Voornoemde informatie stelt schuldeisers in staat om in geval van benadeling te ageren tegen de turboliquidatie. Schuldeisers kunnen dan (i) heropening van de vereffening verzoeken; (ii) het bestuur aansprakelijk stellen of (iii) het faillissement aanvragen.
Aan de andere kant blijft de mogelijkheid bestaan voor ondernemers om op betrekkelijk eenvoudige wijze na beëindiging van de bedrijfsactiviteiten, de vennootschap te ontbinden. Vereist is wel dat de bedrijfsactiviteiten op de juiste wijze worden beëindigd en het nog aanwezige actief op de juiste wijze wordt verdeeld onder de schuldeisers.
Indien het bestuur niet aan de deponeringsverplichtingen voldoet, of handelingen heeft verricht of nagelaten waardoor schuldeisers zijn benadeeld, dan kan een bestuursverbod aan de betrokken bestuurders worden opgelegd. Ook kwalificeert dit als een economisch delict als gevolg waarvan aan de betrokken bestuurders een boete kan worden opgelegd.
Het wetsvoorstel wijzigt de reguliere ontbindingsprocedure niet. De reguliere ontbindingsprocedure vereist o.a. dat indien er meer schulden dan baten zijn op het moment van ontbinding, dat de vereffenaar dan faillissement aanvraagt. Dit heeft in de praktijk geleid tot een werkwijze waarbij een feitelijke vereffening van de activiteiten, baten en lasten voorafgaand aan de ontbinding plaatsvindt om vervolgens met een turboliquidatie de rechtspersoon te ontbinden. Ook na inwerkingtreding van het wetsvoorstel blijft dit mogelijk.
Bij beëindiging van de bedrijfsactiviteiten en ontbinding van de rechtspersoon zal steeds de juiste wijze en procedure moeten worden gekozen en gevolgd om aansprakelijkheden te voorkomen.
Voor meer informatie over dit onderwerp kan contact worden opgenomen met Robin de Wit ([email protected]).