Blog
Enorme toename aantal zelfstandigen
Recentelijk publiceerde de Kamer van Koophandel dat het aantal zelfstandigen zonder personeel sinds 2014 met 85% is toegenomen. Een enorme stijging! De reden van de stijging wordt door de Kamer van Koophandel niet genoemd. Officieel is er geen onderzoek naar de reden gedaan, maar de inschatting is dat dit komt door het afschaffen van de VAR verklaring in 2016 en het invoeren van de wet DBA (Wet Deregulering Beoordeling arbeidsrelaties). Omdat de wet DBA als onduidelijk werd ervaren, is besloten dat de Belastingdienst in principe niet controleert op de inzet van zelfstandigen, en als er al een controle is, er alleen een naheffing volgt ingeval van kwaadwillendheid van partijen. Het blijkt dat deze kwaadwillendheid in de praktijk nagenoeg nooit gesteld is. In de praktijk wordt dit niet controleren het handhavingsmoratorium genoemd.
Wat is het gevolg? Vele werknemers treden uit dienst, en kiezen ervoor om zelfstandig ondernemer te worden. In principe in strijd met de fiscale regelgeving, maar vanwege het handhavingsmoratorium bestaat er fiscaal gezien vrij spel.
Fiscale ontwikkelingen
Een bijzondere ontwikkeling. Omdat er fiscaal niet gecontroleerd wordt, ontstaat er wildgroei in de markt. De vermeende zelfstandigen realiseren zich niet wat dit betekent voor hun verzekering in het kader van arbeidsongeschiktheid, loondoorbetaling bij ziekte, pensioenopbouw, aanvraag hypotheek enzovoorts. Een hoger netto-inkomen lijkt een belangrijke beweegreden te zijn, terwijl in feite van dit hogere nettobedrag de verzekeringen betaald moeten worden. In verband met de enorme krapte op de arbeidsmarkt kunnen vele zelfstandigen ook een veel hoger tarief vragen. De overheid wijst ook naar de ondernemersfaciliteiten bij de aangifte inkomstenbelasting als reden voor het hogere netto inkomen, maar die zijn in de praktijk van minimale toegevoegde waarde.
Het genoemde handhavingsmoratorium is diverse malen verlengd, maar nu lijkt het erop dat vanaf 1 januari 2025 daar een einde aan komt. Recentelijk heeft de Belastingdienst een nieuwe versie van het Handhavingsplan arbeidsrelaties 2024 gepubliceerd, en is in de Eerste Kamer uitgebreid gediscussieerd over dit onderwerp. Vanaf 1 januari 2025 zal de Belastingdienst weer gaan controleren en handhaven. Het is onwaarschijnlijk dat de nieuwe wetgeving (die het begrip dienstbetrekking duidelijker moet maken) ook ingaat op die datum (zie ook de blog van HVG Law). Echter volgens de Eerste Kamer staan beide zaken los van elkaar. Ook al wordt de nieuwe wetgeving op zijn vroegst ingevoerd op 1 juli 2025, het stellige voornemen is nu om toch het handhavingsmoratorium eerder af te schaffen.
Wat als het straks 1 januari 2025 is?
We zien een enorme stijging in het aantal zelfstandigen, maar de inschatting is dat velen uiteindelijk geen zelfstandige meer zijn als de fiscale wetgeving weer gevolgd gaat worden. Alleen omdat er geen controles/handhaving is door de Belastingdienst tot 1 januari 2025, de zelfstandigen zelf geen beroep doen op het arbeidsrecht (tenzij daartoe een reden is, zoals een beroep op loondoorbetaling tijdens ziekte of de beschermende werking van het ontslagrecht), en ook de pensioenfondsen niet altijd controles doen op dit punt, wordt hun situatie gedoogd. Er wordt telkens gewezen naar de opdrachtgevers, die feitelijk zich moeten realiseren dat er geen dienstbetrekking is, maar zij hebben als gevolg van de marktwerking op dit moment geen keuze. Als zij de formele wet volgen, en werknemers ook altijd als werknemers aannemen, hebben zij geen arbeidskrachten die het werk doen. Overigens, wellicht ten overvloede, het handhavingsmoratorium geldt alleen voor fiscale doeleinden. Opdrachtgevers lopen nu vanuit andere rechtsgebieden (denk aan arbeidsrecht en pensioen) een groot risico.
Arbeidsrechtelijke risico’s na 1 januari 2025
Vanaf het moment dat de Belastingdienst gaat handhaven en overeenkomsten van opdracht gaat kwalificeren als dienstbetrekking, is de verwachting dat veel meer “schijnzelfstandigen” het standpunt zullen innemen dat zij eigenlijk werknemer zijn. Immers, zodra loonbelasting wordt ingehouden en de zzp’er geen gebruik meer kan maken van de zelfstandigenaftrek, zijn de grootste voordelen om zzp’er te zijn weggenomen.
Wat zijn dan de belangrijkste arbeidsrechtelijke- en pensioenrechtelijke risico’s?
- De schijnzelfstandige kan aanspraak maken op bijvoorbeeld vakantiedagen en vakantiegeld, loondoorbetaling tijdens ziekte (ten minste 104-weken) of op voorwaarden uit een eventueel van toepassing zijnde CAO, denk aan overwerkvergoedingen of onregelmatigheidstoeslagen.
- De schijnzelfstandige kan aanspraak maken op de bescherming van het ontslagrecht, inclusief de wettelijke transitievergoeding. Al moet op dit laatste wel snel een beroep worden gedaan, namelijk binnen drie maanden na het einde van de arbeidsovereenkomst.
- De schijnzelfstandige is niet meer aansprakelijk voor door hem veroorzaakte schade, tenzij sprake is van opzet of bewuste roekeloosheid.
- De schijnzelfstandige gaat mee bij een eventuele overgang van onderneming.
- Pensioenfondsen kunnen pensioenpremie met terugwerkende kracht claimen. De naheffing van een pensioenpremie kan gaan om een aanzienlijk bedrag, nu op grond van veel pensioenregelingen ook nog een toeslag bij te late betaling kan worden gevorderd.
Het is dus raadzaam om goed naar de inzet van zzp’ers binnen uw organisatie te kijken. Soms is het niet mogelijk (vanwege personeelsgebrek) om met zzp’ers te werken, ondanks de kwalificatierisico’s. Zorg er dan voor dat de verdeling voor risico’s bij herkwalificatie op een juiste manier in de overeenkomsten zijn opgenomen. Wij denken hierover uiteraard graag met u mee.
Afsluiting
Het fiscale gedeelte van deze blog is geschreven door Miriam Michiels, fiscalist bij EY Belastingadviseurs. De laatste alinea over de arbeidsrechtelijke risico’s is geschreven door Jeannet van Vleuten, arbeidsrechtadvocaat bij HVG Law. In Nederland heeft HVG Law LLP een strategische alliantie met EY Belastingadviseurs LLP. Vraagstukken benaderen wij vanuit een multidisciplinaire invalshoek.
Heeft u vragen of wilt u in gesprek gaan over de mogelijke consequenties van het stopzetten van het handhavingsmoratorium voor uw organisatie? Dan helpen de fiscalisten van EY Belastingadviseurs en de specialisten van HVG Law u graag vanuit een multidisciplinaire aanpak, zodat zowel de fiscale als de arbeidsrechtelijke- en pensioenrechtelijke aspecten gezamenlijk kunnen worden opgepakt.
Meer weten over alles omtrent het onderwerp zzp? Klik dan hier!