Blog
De media staat er vol van, de nieuwsberichten stapelen zich op, en iedereen heeft er een mening over. Maar weet u nu echt wat er staat te gebeuren voor de zzp’er vanaf 1 januari? Weet u het nog? Hierbij de stand van zaken voor u op een rij!
Vanaf 1 januari 2025 wijzigt de wetgeving niet, maar de Belastingdienst zal de reeds bestaande wetgeving weer gaan handhaven. Dit betekent dat we weer inhoudelijk moeten gaan toetsen of een relatie met een werkende een dienstbetrekking is, of toch als een overeenkomst van opdracht kan worden aangemerkt. Het werken met zzp’ers kan dus nog steeds, maar we moeten kritisch toetsen of de arbeidsrelatie niet feitelijk toch als dienstbetrekking aangemerkt kunnen worden.
Bij bedrijfsbezoeken zal de Belastingdienst aandacht besteden aan de arbeidsrelaties met zzp-ers. Gevolg hiervan zal zijn dat diverse werkzaamheden, waarbij werkenden de afgelopen jaren als zzp’er hebben kunnen werken, toch vanaf 1 januari 2025 weer in dienstbetrekking uitgevoerd moeten gaan worden.
Hoe toets ik of iemand zzp’er is?
Het oordeel ‘wel of geen dienstbetrekking’ hangt af van alle feiten en omstandigheden bij elkaar, en niet alleen van het vraagstuk of iemand ingeschreven is bij de Kamer van Koophandel, meerdere opdrachtgevers heeft en declareert met btw (al dan niet met tussenkomst van een derde partij). Ook de inhoud van de werkzaamheden en diverse andere elementen spelen een belangrijke rol. Een heel belangrijk criterium is bijvoorbeeld of de werkzaamheden ook door vaste werknemers in dienstbetrekking wordt uitgevoerd. Zoekt u richtlijnen? De Belastingdienst heeft een website waarin u de concrete situatie kunt toetsen (www.hetjuistecontract.nl).
Zachte landing en geen boetes
De vraag die veelvuldig wordt gesteld, en die we ook in de media lezen, is dat er voorlopig een “zachte landing” plaats zal vinden, en geen boetes worden opgelegd. Op 17 december 2024 werd nog een nieuwe versie handhavingsplan arbeidsrelaties voor het jaar 2025 van de Belastingdienst gepubliceerd. Duidelijk blijkt uit deze documentatie dat de Belastingdienst veel tijd en energie zal steken in voorlichting en gesprekken met organisaties, en dat er in principe geen boetes zullen worden opgelegd. In feite was deze informatie al eerder gecommuniceerd door het aannemen van diverse moties in de Tweede Kamer, en deze informatie is nu ook officieel in het handhavingsplan vastgelegd.
Let wel: in dit plan staat niet dat u geen naheffingen kunt verwachten. Naheffingen zijn de alsnog verschuldigde belastingen en premies over de betalingen, uitbetaald zonder inhoudingen, aan zzp’ers. De verschuldigde belastingen kunnen mogelijk nog wel op de zzp’er verhaald worden. Wel is in de wet een verbod opgenomen op de premies werknemersverzekeringen te verhalen op de zzp’er/werknemer. Al met al kunnen de naheffingen oplopen tot zo’n € 15.000 per zzp-er per jaar.
Kunt u op korte termijn controle verwachten?
De vraag is natuurlijk of u op korte termijn controle kunt verwachten. Dit zal afhangen van de branche waarin uw organisatie werkt en het gegeven of u een horizontaal toezicht convenant hebt gesloten. Maar, ook al komt de Belastingdienst bij u pas over drie jaar controleren, ze mogen altijd naheffingsaanslagen opleggen met terugwerkende kracht tot 1 januari 2025.
Tot slot
- Ondanks het feit dat u geen boete kunt krijgen, of dat u niet direct als eerste een controle kunt verwachten, is het noodzakelijk door te gaan met het inventariseren van de functies binnen uw organisatie, en te beoordelen of u niet toch loonheffingen moet inhouden en afdragen over betalingen aan zzp’ers. Naheffingen kunnen altijd nog worden opgelegd, en ook nog over een paar jaar, met terugwerkende kracht tot 1 januari 2025.
- En mocht u concluderen dat een werkende niet een schijnzelfstandige is: geen enkel probleem, contracteren met zelfstandigen kan ook na 1 januari 2025 nog! Zorg wel voor een goed contract (en een juiste uitvoering hiervan).
- Richt daarnaast niet alleen uw focus op de fiscale aspecten, maar houd ook rekening met het arbeidsrecht. Want als er sprake is van schijnzelfstandigheid, kan de schijnzelfstandige bijvoorbeeld – en met terugwerkende kracht – aanspraak maken op vakantiedagen, vakantiegeld, loondoorbetaling tijdens ziekte (ten minste 104 weken) of op voorwaarden uit een eventueel van toepassing zijnde CAO, denk aan overwerkvergoedingen of onregelmatigheidstoeslagen. Onderschat ook de mogelijke impact voor pensioen en na te betalen pensioenpremies niet. Lees hierover meer in deze eerdere blog van Miriam Michiels (fiscalist EY, [email protected] of 06-2908 3972) en Jeannet van Vleuten (HVG Law, [email protected],of 06-55 44 26 70). Aangezien arbeidsrechtelijk geen handhavingsmoratorium geldt, kan ook voor de periode voor 1 januari 2025 een claim worden neergelegd, waardoor zeker ook bij het omzetten van een opdrachtovereenkomst naar een arbeidsovereenkomst goed moet worden nagedacht over het verkleinen van de risico’s. Raadpleeg daarom een arbeidsrechtdeskundige voor het omzetten van de contracten.
- Kijk ook in uw organisatie waar u op andere plaatsen werkenden op juiste wijze kunt informeren, en waar u uw organisatie strategie daar waar nodig kunt aanpassen.
Deze blog is geschreven door Miriam Michiels, fiscalist bij EY Belastingadviseurs. De arbeidsrechtelijke informatie is geschreven door Jeannet van Vleuten, arbeidsrechtadvocaat bij HVG Law. In Nederland heeft HVG Law B.V. een strategische alliantie met EY Belastingadviseurs B.V. Vraagstukken benaderen wij vanuit een multidisciplinaire invalshoek.
Meer weten over alles omtrent het onderwerp zzp? Klik dan hier!