Alert
Het is niet ongebruikelijk dat bedrijven voor een bepaalde activiteit of project een nieuwe dochtervennootschap oprichten: een ‘project-bv’ of ‘special purpose vehicle’. Veelal besluiten kleinere ondernemingen hiertoe die een relatief groot project met complexe contracten (DBFMO) weten te bemachtigen, maar ook grotere bedrijven die een risicovolle activiteit separaat wensen te structureren richten vaak een nieuwe dochtervennootschap op. Let goed op met de aansprakelijkheid.
De projectvennootschap heeft doorgaans geen financiële middelen tot haar beschikking en de holdingvennootschap — of andere groepsvennootschap — is vaak bestuurder en enig aandeelhouder. De gedachte hierbij is dat wanneer de activiteit niet succesvol blijkt te zijn — door bijvoorbeeld verkeerde inschattingen, onverwachte kosten of gebeurtenissen, of benodigde vergunningen en/of controles — de rest van de groep niet in gevaar komt. Deze gedachte gaat echter niet altijd op: de oprichting van een vennootschap leidt ook tot verplichtingen en verantwoordelijkheden, en een ‘concernbelang’ of ‘concernleidingsplicht’ kan leiden tot verschuivingen van verantwoordelijkheid en zelfs aansprakelijkheid.
Lees verder >>